de b en de d…….

Elke leerkracht in groep 3 en 4 zal het wel herkennen: de b en d-wisseling. Deze wisseling van kan erg hardnekkig zijn. Het kan een signaal zijn voor mogelijk dyslexie, maar eerst is het van belang om actief aan de slag te gaan met deze letters. Een van de acties zou kunnen zijn om het b en d-spel te spelen.

Het b en d-spel

Voorbereiding

Print het b en d-spel uit. Knip alle woordkaarten uit en voeg eventueel woordkaarten toe. Maak een keuze uit de cirkels met visuele of zonder visuele ondersteuning. Knip deze uit en lamineer deze.

Hoe speel je het b en d-spel?

Leg de neerlegkaarten(1 rode, 1 groene, 1 oranjekaart) naast elkaar op tafel.  De kaartjes met woorden leg je niet zichtbaar op een stapel. De leerling pakt een kaartje kijkt naar het woord en leg het kaartje op de juiste stapel. Dit hoeft niet direct snel, maar wel goed.

–> Is het een woord met een d? Leg dan het kaartje op de kaart met de d. Het kind leest het woord nu hardop.
–> Is het een woord met een b? Leg dan het kaartje op de cirkel met de b. Het kind leest het woord hardop.

Tips!

In de download kun je kaartjes vinden met een oplopende moeilijkheidsgraad. (mkm en mmkmm-woorden) Er is ook een lege bladzijde, zodat je zelf nog woorden vanuit de methode kunt toevoegen.

Wanneer je op tempo oefent (na een aantal malen oefenen) en duurt het langer dan 5 seconden? Leg dan het kaartje op de oranje cirkel. Met deze woorden moeten er geoefend worden. Is het even mis gegaan? Ook dan leg je het woordkaartje op de oranje cirkel.  Dit zijn de woorden die je de volgende keer extra aandacht geeft.

Soms heeft een kind nog visuele ondersteuning nodig bij de letter. Je kunt dan gebruik maken van de kaarten met een afbeelding. Bij de b is er een beer en bij de d een duif.