Rapporten schrijven: niet iets wat je tijdens de opleiding hebt geleerd. Iedereen zoekt naar een manier en vormt voor zichzelf een handige manier. Toch zouden wij elkaar kunnen helpen bij het schrijven van rapporten. Niet letterlijk, maar met deze tips kun je effectieve en persoonlijke rapporten schrijven.
Deze tips zorgen ervoor dat jij als leerkracht de druk van het rapporten schrijven minder ervaart en toch persoonlijke rapporten kunt schrijven.
#1 Start ruim op tijd met het schrijven van de rapportteksten
Regelmatig zie ik in rapporttijd veel leerkrachten in het weekend druk met het schrijven van rapporten. Ze moeten af en dan zul je net zien dta het buiten lekker weer is/er een leuk feest is dat je nu net moet missen. Het vraagt dan ook zelfdiscipline om dan toch de rapporten te schrijven. Maar besef wel dat je het rapport geen rapportage is van de laatste schoolweken.
Start daarom met het schrijven van teksten ruim voordat de rapporten geschreven moeten worden. Je kent de kinderen al en weet hoe ze in elkaar steken. In een paar weken zullen de kinderen niet snel in een ander kind veranderen. In de rapportperiode hoef je dan alleen nog de resultaten na te lopen.
#2 Maak het rapport persoonlijk
Er zijn veel voorbeeldzinnen voor het rapport online te vinden. Maar zeggen deze zinnen ook echt iets over het kind? Of blijft het heel algemeen? Het nadeel van deze zinnen te gebruiken is, dat het allemaal samengeplakte zinnen zijn die geen verband met elkaar hebben en daardoor heeft de tekst net geen persoonlijke touch.
Voordat je het rapport schrijft , kun je voor jezelf een aantal steekwoorden opschrijven. Wat typeert het kind? Schrijf de zinnen naar het kind toe. ‘Naam, je kunt…/je bent…’ Probeer het woord ‘maar’ te voorkomen. Je doet dan een afbreuk van wat je eerder gezegd hebt. Een negatieve eigenschap kun je op een positieve manier brengen door dit als leerpunt te benomeen. Sluit altijd de tekst af met iets waarvan je geniet of een ander compliment. En die rapportzinnen die je kunt vinden, gebruik deze als je even niet weet hoe je bepaalde informatie in een zin moet verwerken.
#3 Een wegzakker of onvoldoende op het rapport?
Scan altijd even snel of een kind op een bepaald vak wegzakt. (overigens heb je dit vaak zelf al gezien tijdens de lessen of bij de analyses van toetsen) Schrijf hier een toelichting bij of informeer ouders (bij een iets ernstiger probleem of niet verklaarbaarheid) voordat je het rapport meegeeft. Dit kan veel emotie en onbegrip bij ouders wegnemen.
#4 Een kind moet trots zijn op het rapport!
Elk kind moet trots kunnen zijn op het rapport. Elk kind zet zich in op zijn/haar manier. Asl we meten met het gemiddelde van de leeftijd/leerjaar zullen er altijd kinderen onder het gemiddelde scoren maar wel op de toppen van hun kunnen. Welke energie/motivatie haalt een kind dan uit een rapport met alleen maar zwakke scores of onvoldoendes?
(overigens is er dan vaak wel sprake van verder onderzoek) Het is misschien wel het belangrijkste om het welbevinden hoog te houden. Durf dan (in overleg met IB/directie) een verhaaltjes of woordjesrapport te schrijven, waarin je de moeilijkheden eerlijk benoemt, maar vooral de goede inzet, taakaanpak en werkhouding benadrukt. Informeer ouders dat je het werkelijke rapport achter het verhaaltjesrapport stopt. Zo krijgen/hebben ouders een eerlijk beeld over de ontwikkeling van hun kind.
#5 Laat je rapporten even nalezen
Het is zeker niet vreemd om je rapporten na te laten lezen door een collega. Sommige scholen hebben dit intern al georganiseerd. Is dit bij jou niet? Vraag het gerust, dit is zeker geen schande. Leerkrachten zijn mensen en maken dus ook fouten. Soms bewerk je meerdere keren een tekst waardoor er fouten insluipen. Of kunnen woorden anders overkomen dan dat jouw bedoeling is. Heel fijn dus als er iemand even met je meeleest. Mijn ervaring is dat wanneer iemand jouw klas niet kent, je zelfs kritische vragen stelt, die je aan het denken zet.
#6 Een cijfer op het rapport passend bij het eigen niveau
Wanneer het duidelijk is dat de ontwikkeling van een kind anders verloopt dan de gemiddelde leerling heeft het kind ook een cijfer nodig passend bij het eigen niveau. Dus of je neemt methodetoetsen af op het eigen niveau of je bekijkt of de resultaten passend bij het niveau zijn. Je geeft dan een voldoende, maar benoemt wel dat dit op eigen niveau is. Overiges zou ik dit alleen doen wanneer je vanuit onderzoek inzicht hebt gekregen in de belemmeringen van het kind en dat de resultaten verklaarbaar zijn.
#7 Geef in het rapport een duidelijke boodschap!
Je kunt een heel persoonlijk rapport schrijven, maar toch net niet alles zeggen. Op een kleuterrapport las ik eerder: ‘je kunt al goed tellen’
Als leerkracht gaf mij dit al vragen, maar voor ouders is dit onduidelijk. Zij kunnen al tevreden zijn en een volgende keer verbaast zijn dat hun kind nog helemaal niet zo ver kan tellen of juist denken dat hierbij het leerdoel voor groep 1 en 2 is behaald. Wat heeft hun kind nu nog te leren? Terwijl jij als leerkracht meet aan de hand van het leerdoel van groep 3.
#8 Bespreek het rapport met het kind
Bij een grote klas kost he je wel een dag de tijd, maar het levert je (en de kinderen) veel op. Rond het rapport hangt er vaak bij de kinderen een spanning. Door met een kind het rapport individueel te bespreken kun je de leerdoelen voor de komende periode afstemmen, maar kun je ook de juiste nadruk leggen op het proces ipv resultaat.